Buy-out biedt houvast in onzekere tijden
De Wet toekomst pensioenen (Wtp) dwingt pensioenfondsen tot strategische keuzes. In het spanningsveld tussen invaren, zelfstandig blijven of aansluiten bij een groter collectief, kan een buy-out een goede oplossing zijn, stelt Dirk Korbee, directeur Financial Management Pensioenen bij a.s.r. “Zeker bij volatiele beurzen biedt deze oplossing rust en zekerheid. Focus bij een buy-out niet alleen op de hoogte van de prijsstelling, ook procesbegeleiding en risicobeheersing zijn cruciaal.”
De buy-out, waarbij een pensioenfonds de pensioenaanspraken en -rechten overdraagt aan een verzekeraar, was lange tijd vooral een nicheoplossing, toegepast door gesloten fondsen en/of fondsen met deelnemers met een hoge gemiddelde leeftijd. Zij ruilden het opwaarts rendementspotentieel van zelf blijven beleggen in voor de zekerheid van vaste pensioenaanspraken.
De overgang naar een nieuw pensioenstelsel brengt de buy-out opnieuw op de bestuurstafel bij pensioenfondsen, als een oplossing die niet alleen zekerheid maar ook duidelijkheid biedt in een complexe overgangsperiode naar een nieuw stelsel, stelt Korbee, bij a.s.r. verantwoordelijk voor buy-outs. Die overgangsperiode is nog complexer geworden door de recente beursonrust rond importheffingen, waarbij vrijwel alle assets – in ieder geval in de VS – in waarde daalden. De hoge volatiliteit lijkt bovendien aan te houden.

Korbee: “Voor een pensioenfondsbestuur kan het een uitdaging zijn om, bij alle complexiteit rond de stelselwijziging, overzicht te houden, en alle opties open te houden. Van belang is te kiezen voor een juiste oplossing, waarmee de belangen van deelnemers zo goed mogelijk worden gewaarborgd. Een gespecialiseerde adviseur kan daarbij helpen.”
Onzekerheden zijn fors toegenomen
De extreme onrust op de beurzen sinds april is pensioenfondsen niet in de koude kleren gaan zitten. Buffers die belangrijk zijn bij het invaren naar het nieuwe pensioenstelsel – bijvoorbeeld ter compensatie van deelnemers in herverdelingsvraagstukken – kregen klappen. Korbee: “We leven in een periode van geopolitieke spanningen en marktonzekerheid, en ook de overgang naar een nieuw pensioenstelsel leidt tot onzekerheden. Dat raakt het vertrouwen in toekomstige pensioenresultaten. Buffers kunnen snel verdampen bij beleggingsverliezen. De zekerheid van een gegarandeerde uitkering wordt daardoor aantrekkelijker.”
Vrijwel alle pensioenfondsen hebben hun koers rond de stelselwijziging al bepaald, bevestigt Korbee, maar hij kan zich voorstellen dat de extreme beursvolatiliteit tot nieuwe inzichten leidt. “Het is natuurlijk nooit verstandig om tijdens een storm van koers te wijzigen, maar dit zal bij pensioenfondsen wel tot discussie hebben geleid. Is alles wat je van plan was nog wel haalbaar? En een andere relevante vraag: Hebben je deelnemers nog steeds dezelfde risicohouding?”
Wat de beursvolatiliteit volgens Korbee ook weer eens zichtbaar heeft gemaakt, is dat er ook in het oude FTK-stelsel onzekerheden bestaan. Dekkingsgraden gingen fors omlaag. Dat kan een overweging zijn voor pensioenfondsen die hebben besloten onder het oude FTK-stelsel te blijven, althans voor pensioen dat is opgebouwd tot 1 januari 2028.
De voordelen van een buy-out
Inmiddels zijn er in Nederland de afgelopen tijd een tiental buy-outs gerealiseerd, waarvan drie door a.s.r. “Dat totale aantal zal mogelijk nog verdubbelen,” verwacht Korbee. Zeker bij fondsen met een vergrijsde populatie is de behoefte aan stabiliteit groot. “Een buy-out biedt rust. De hoogte van de pensioenen staan vast, en discussies over verdelingsvraagstukken, risico’s of complexiteit kunnen worden afgerond.”
Korbee begeleidde onder meer de buy-out van Stichting Pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten. “De gemiddelde leeftijd daar ligt boven de zeventig. Het is een gesloten fonds dat al meer dan twintig jaar geleden is gestopt met nieuwe opbouw. In een gesloten fonds blijft de gemiddelde leeftijd stijgen, waardoor zekerheid belangrijker wordt ten opzichte van risico nemen voor meer rendement op lange termijn.”
Een fonds hoeft echter niet gesloten te zijn. Korbee: “Je kunt zeggen dat je alleen voor de oude opbouw kiest voor een buy-out, en de nieuwe opbouw onderbrengt bij een bedrijfstakpensioenfonds of in een FPR-oplossing – dat laatste kan trouwens ook bij a.s.r.”
Zo’n keuze kan een complexe situatie vereenvoudigen. Korbee: “Als je niet invaart, is het ingewikkeld om zelf twee systemen te voeren – voor oude en nieuwe opbouw. Als je de oude rechten in een buy-out onderbrengt, heb je je handen vrij om een keuze te maken over de nieuwe opbouw. Dat is ook zinvol vanuit populatie-overwegingen: je ziet vaak deelnemers met hele andere karakteristieken bij de opgebouwde rechten dan bij de nieuwe. Doorgaans zijn dat ouderen versus jongeren, met elk hun eigen risicoperceptie.”
Belang van deelnemers staat voorop
Het risico-preferentieonderzoek onder deelnemers is een belangrijk instrument voor pensioenfondsbesturen om de mening van deelnemers te achterhalen, stelt Korbee. “Waar willen je deelnemers naartoe? Wat heeft de deelnemer nodig? Wat voor risico’s kan en wil hij nemen? Dat is altijd de basis voor elke oplossing die een pensioenfonds kiest.”
Met name jongeren zijn doorgaans bereid meer risico te nemen, met als gedachte dat dit een hogere pensioenuitkering oplevert. Anderen willen liever een pensioen waarop ze kunnen rekenen – een zekere uitkering, die mogelijk iets minder verhoogd wordt in de toekomst. Korbee: “Hoe lager de risicobereidheid van een groep – doorgaans ouderen, gepensioneerden of slapers – des te beter past een buy-out. Voor een nieuwe, jonge, actieve populatie kun je beter een andere oplossing kiezen.”
Buy-outs zijn volgens Korbee vooral relevant voor ondernemings- en beroepspensioenfondsen. “Voor grote bedrijfstakpensioenfondsen ligt het anders; die hebben vaak relatief veel jonge, actieve deelnemers. Maar voor kleinere of vergrijsde fondsen kan het een aantrekkelijke route zijn.”
Een buy-out biedt rust: vaste pensioenen en minder discussie over risico’s of verdeling
Risicobeheersing is cruciaal
Bij een buy-out is de hoogte van de prijsstelling – en daarmee de hoogte van de uitkeringen – belangrijk. Maar procesbegeleiding en risicobeheersing zijn componenten die steeds belangrijker worden, stelt Korbee.
Tussen het moment waarop een pensioenfonds een overeenkomst voor een buy-out tekent en het moment van daadwerkelijke overdracht – wanneer toezichthouder DNB de overeenkomst goedkeurt – zit vaak een periode van drie tot zes maanden. Korbee: “In die periode blijven markten natuurlijk bewegen. Het is essentieel dat een fonds begrijpt hoe die bewegingen van invloed zijn op de offerte én op de eigen portefeuille. Wij maken die risico’s zichtbaar en beheersbaar.”
Korbee noemt de renteafdekking als voorbeeld. “Als je richting een buy-out toewerkt, is de vraag: op welke manier beweegt de offerte met de rente mee? Dan is het precieze rentebeleid van de verzekeraar van groot belang. Het is belangrijk dat goed onderling af te stemmen. Wij zien dat als een belangrijke inspanningsverplichting van onze kant, zodat de doelen van het pensioenfondsbestuur ook echt gehaald kunnen worden.”
Vóór invaren bouwen sommige pensioenfondsen risico’s af om hun buffer veilig te stellen. Korbee: “Dat hoeft bij een buy-out niet per se. Je kunt risico blijven nemen, maar je moet wel heel helder hebben welke risico’s je tot de goedkeuring van DNB nog wilt lopen in relatie tot de offerte van de verzekeraar.”
Waarop letten bij een buy-out?
Data zijn cruciaal, welke beslissing een fonds ook neemt – of het nu invaren is, een buy-out of een andere optie, stelt Korbee. “Je wilt besluiten nemen op basis van correcte en recente data. Dat is ook belangrijk als je offertes voor een buy-out aanvraagt. Met accurate data krijg je snel duidelijkheid over het aanbod dat je voor je deelnemers kunt veiligstellen.”
Een tweede punt is het beleggingsmandaat. “Voor een bestuur is het belangrijk om te weten of je voldoende vrijheid hebt om het beleggingsbeleid af te stemmen op je uiteindelijk keuze. Een scherp geformuleerd beleggingsbeleid kan de risico’s deels beperken. Soms moet je daarvoor een aanvullende ALM-studie doen.”
Tot slot is een goede planning essentieel. “Eén zaak staat daarbij voorop: er mag uiteindelijk nooit iets misgaan met de pensioenuitkeringen. Die moeten op een goede manier doorlopen – vóór én na een overgang naar een nieuwe situatie.”
Meer weten over een buy-out bij a.s.r? Ga naar: www.asr.nl/buy-out
DIRK KORBEE
Dirk Korbee heeft meer dan 20 jaar ervaring in de pensioen- en verzekeringssector. Eerst als adviseur voor zakelijke klanten en pensioenfondsen, daarna in diverse functies binnen het domein van pensioen, inkomen en het levenbedrijf. Sinds 1 februari 2024 is hij werkzaam bij a.s.r. als directeur Financial Management in het pensioenbedrijf. Korbee is verantwoordelijk voor buy-outs bij a.s.r.